Opa Loek sloot zich veel op in zijn slaapkamer

Posted door

Opa Archibald Bartholomeus Loppé (Opa Loek) was eind jaren ’50 met Oma Johanna Wilhelmina Simon naar Nederland gekomen om hier met hun kinderen te worden herenigd.

Zes kinderen van Oma uit haar eerste huwelijk waren hun inmiddels voorgegaan en twee andere kinderen van Oma kozen er voor om in Indonesia te blijven wonen. In Nederlands-Indië was Opa zeer bekend als een klassiek muzikant en componist. Vooral de viool was zijn lievelingsinstrument, terwijl hij ook een begenadigd pianist was. Hij was de tweede man van Oma en zij zijn samen getrouwd nadat zij een vervelende echtscheiding achter de rug had. Pas toen zij elkaar een aantal jaren kenden besloten zij alsnog te trouwen. Door ons allemaal, kinderen en kleinkinderen werd hij altijd “Opa Loppé” genoemd.

Het was een uiterst stille man en hij leed aan astmatische aandoeningen, die hem erg beperkten in zijn leven. Daarnaast kon hij absoluut niet aarden in Nederland, zodat hij ook nimmer een poging heeft gedaan om met zijn muzikale talenten iets te gaan doen. Als gevolg van al die factoren werd hij binnen zijn eigen omgeving een soort kluizenaar. Het grootste deel van zijn leven speelde zich af in zijn slaapkamer. Daar had hij een aantal radiotoestellen staan en een pick-up om platen te draaien.

Zodra er bezoek was bij Oma en Opa thuis verdween hij naar zijn kamer omdat hij bang was benauwd te worden en dat wilde hij niet laten zien aan anderen en vooral niet aan zijn kleinkinderen.

Oma en Opa Loppé-Simon

Opa Loppé had in de eerste paar jaren na aankomst in Nederland van Molton dekens altijd zijn eigen kleding gemaakt om te dienen als buitenjas. Hij had het altijd koud en wilde vooral warm gekleed gaan.

Oma daarentegen was een modebewuste vrouw en zeer sociaal ingesteld. Maakte links en rechts praatjes en als zij gekookt of gebakken had dan deelde zij daarvan regelmatig iets uit aan de diverse Hollandse buren. Ook ging zij – tot op hoge leeftijd – altijd zelfstandig haar boodschappen doen of ging “bussen”. Dat vond ze altijd prachtig. Zij kocht dan een buskaart en reed daarmee tot aan het eindpunt.
Als ze daar was aangekomen nam ze de volgende bus weer terug. Oh, wat genoot ze daarvan. Vooral als het zomer was en het dakraam van de bus open stond. Zij ging dan altijd in het achterste deel van de bus zitten en in de wind die door het dakraam binnenkwam.
“Oh, Nie is zo lekker hier!” was haar gevleugelde opmerking.

Opa bleef dus veelal in zijn kamer. Iedere morgen dan zette hij één van de radio’s aan met klassieke muziek, vooral Duitse zenders, deed alle ramen open en pakte zijn viool en speelde dan fanatiek mee. Het was wonderschoon om te horen en vele mensen stonden dan op hun
balkon of op straat en luisterden vol bewondering mee. Echter als iemand het waagde om een applaus te geven dan stopte hij abrupt, sloot de ramen en wachtte tot iedereen weer weg was.

Opa en Oma

Soms ging ik met Opa mee naar de stad omdat hij dan een boodschap moest doen. Die boodschap bestond dan altijd uit een bezoek aan de “pianowinkel”. In die zaak stonden een aantal piano’s en vleugels voor de verkoop. Opa ging dan naar binnen en was “zogenaamd” geinteresseerd in een eventuele aankoop van een piano.

Hij had niet door dat het verkopend personeel al lang wist wie hij was en zij lieten hem dan ongemoeid. Altijd vroeg hij dan om één van de instrumenten te mogen uitproberen. Hijzelf noemde dat altijd “proeven”.

Met zijn frêle lichaam ging hij dan op de kruk zitten, sloot de ogen en begon dan het een of ander pianoconcert te spelen. Alle in de winkel aanwezige mensen gingen dan zitten en luisterden ademloos naar het werk dat bij bracht. Als hij zijn stuk had gespeeld stond hij geruisloos weer op en vertelde dan tegen de verkopers dat hij nog even wilde nadenken over een eventuele aankoop, verliet de winkel als een gelukkig man en ging weer naar huis…..

“Voor hem was dat de enige manier om zich uit te leven en volgens mij om zichzelf te zijn. Teruggetrokken in een andere wereld.
Geld had hij toch niet voor een piano en bovendien had 
hij de ruimte ook niet…”

Dit is zomaar een dierbare herinnering aan Opa Loppé, die voor mij het oude Indië belichaamde. Nooit heeft hij kunnen aarden in Nederland,  zijn doel in het leven was weg, zijn leeftijd en zijn astma zaten hem in de weg.

Maar…………Het was wel een ECHTE Opa, die van al zijn kinderen en kleinkinderen hield en daar ben ik dankbaar voor.

Ik ben blij hem te hebben gekend!

Han Dehne
#indischekwestie