Het antwoord van Silfraire Delhaye op het verzoek van Han Dehne is ronduit beschamend.
Niet zozeer het feit dat hij voor het eerst überhaupt reageert, maar bovenal omdat zijn antwoord aantoont dat de werkelijke reden voor het ontbinden van de onderhandelingsdelegatie Indische Kwestie (en het uit de delegatie zetten van Peggy Stein en Ton Te Meij), louter om persoonlijke motieven ging.
M.a.w. Silfraire Delhaye heeft de Indische Kwestie ondergeschikt gemaakt aan zijn persoonlijke belang. En daarmee schaadt Silfraire Delhaye de Indische Kwestie in hoge mate. Onbegrijpelijk des temeer dat de diverse organisaties binnen het Indisch Platform dat (hebben) laten gebeuren.
In het antwoord van de heer Hille Ris Lambers, namens het DB van het IP, op de blog van Peggy Stein over het disfunctioneren van het Indische Platform, met name het Dagelijks Bestuur, zegt hij letterlijk: “anders dan Mw Stein suggereert is de heer Delhaye wat ons betreft niet bezig met solo acties, maar met gezamenlijk beleid” en nu komt het: “Het ontbinden van de onderhandelingsdelegatie, in december 2015, wegens onvoldoende toegevoegde waarde voor nieuwe onderhandelingen, is door de IP voorzitter gedaan, gesanctioneerd door het Dagelijks Bestuur en het Algemeen Bestuur.”
Maar uit het antwoord van Silfraire Delhaye blijkt dat het ontbinden van de onderhandelingsdelegatie helemaal niet door hem is gedaan vanwege “onvoldoende toegevoegde waarde”, maar zoals hij zelf letterlijk zegt: “De mensen die kritiek hebben op het IP zijn zij die door het AB van het IP uit het IP zijn gezet. Door onverkwikkelijke berichten te plaatsen over mijn persoon, in het bijzonder over mijn biologische afkomst”.
En daarbij noemt hij de namen van Peggy Stein en Ton Te Meij als de personen die dat gezegd zouden hebben.
Dit kan niet anders betekenen dan dat Silfraire Delhaye het Dagelijks Bestuur van het Indisch Platform voorgelogen heeft over de werkelijke reden van het ontslag van de onderhandelingsdelegatie in december 2015. De delegatie had dus niet “onvoldoende toegevoegde waarde” maar de voorzitter voelde zich kennelijk persoonlijk beledigd omdat hij (ongefundeerd) dacht dat hem verweten werd dat hij een Japanse vader heeft.
In het antwoord van de heer Hille Ris Lambers heet dat: “vervolgens trekken zij [Peggy Stein)] en anderen op haar website een riool van onwaarheid en vuilspuiterij open tegen IP voorzitter Delhaye persoonlijk en in het voorbijgaan ook nog eens tegen de voorzitter van de Stichting JES”.
Maar welk riool van “onwaarheden” en “vuilspuiterij” dan wel wordt geopend, wordt natuurlijk niet genoemd.
In het vervolg van zijn antwoord aan Han Dehne trekt Silfraire Delhaye de persoonlijke kaart en probeert hij ook Han Dehne te betrekken bij zijn eigen probleem. Dat doet hij de laatste jaren met grote regelmaat. Want niet anderen brengen steeds zijn Japanse achtergrond ter sprake, hij brengt dat feit juist zèlf te pas en te onpas naar voren. Daarmee is niemand anders verantwoordelijk voor het naar buiten brengen van zijn Japanse verwantschap dan alleen hijzelf.
Daarbij vind ik het persoonlijk van weinig empathie getuigen wanneer Silfraire Delhaye, uitgerekend tijdens herdenkingen voor slachtoffers van de Japanse gruweldaden, begrip durft te vragen voor de problemen die hij kennelijk heeft met het feit dat hij een Japanse vader heeft (zoals hij o.a. gedaan heeft tijdens zijn toespraak op 15 augustus 2016 in Zwolle en al eerder tijdens de Indië herdenking in de Duinzigtkerk in 2012).
Maar ik vraag u: Waarom moeten slachtoffers, die nooit het verleden achter zich hebben kunnen laten omdat ze geestelijk en lichamelijk geleden hebben onder de Japanse bezetting, zowel binnen als buiten de Japanse kampen, mensen die door de Japanners gemarteld zijn, onthoofd, vermoord, verhongerd, levend in manden overboord gegooid tijdens de zeetransporten, onder onmenselijke ontberingen hebben moeten werken aan de spoorwegen en Japanse vliegvelden en zij die al die vreselijke gebeurtenissen hebben moeten aanschouwen en daardoor nu nog steeds getraumatiseerd zijn, het gejank van iemand aanhoren over feit dat hij een Japanse vader had? Wat hebben zij die hun geliefden komen herdenken daarmee te maken? Is dat niet iets dat Silfraire Delhaye beter met een psychiater kan bespreken of een psycholoog? Dat is toch niet iets wat je voor slachtoffers en nabestaanden gaat staan memoreren, uitgerekend bij een herdenking?
En dan, is het niet Silfraire Delhaye zèlf, die tijdens één van zijn reizen naar Japan letterlijk zei:
“ Tenslotte: Ik kijk met dankbaarheid terug op deze tien dagen, waarbij mijn dank uitgaat naar de Japanse regering, in het bijzonder naar de Ministry of Foreign Affairs, Western Europe Division, maar ook naar het vele werk dat het JIN bestuur heeft gedaan. Terecht heb ik bij al mijn 5 speeches geeïndigd met de woorden……..I take pride in saying……..Watashino, otosanwa, Nihonjin-desu ! (I am Japanese)”. Dus: hij is er juist trots op Japans te zijn!
Speelt hij dan niet bij andere gelegenheden de “zielige zoon van een Japanse vader kaart” ter meerdere eer en glorie van zichzelf? In de hoop en verwachting dat mensen zullen zeggen hoe moedig ze het van hem vinden dat hij daar zo open over is? En dat terwijl hij bij andere gelegenheden dus vol trots vertelt dat hij een Japanner is? Heeft iemand hem wel eens horen zeggen dat hij er trots op is dat hij een Indo is?
Klik hier voor het reisverslag
Laten we wel zijn, Silfraire kan er niets aan doen dat zijn vader een Japanner was, maar wat moeten de overlevenden van de Japanse gruweldaden daarmee? Wat moet de Indische Kwestie daarmee? Zo’n voorzitter is toch eerder een last voor de Indische Kwestie?
De heer Hille Ris Lambers van het IP gebruikte een “prachtige” volzin: “Het Indisch Platform is nog steeds bezig met ingewikkelde onderhandelingen met lastige afwegingen tussen wat terecht en wenselijk is enerzijds, en wat haalbaar is anderzijds”.
En verder: “De IP voorzitter heeft door diplomatiek optreden de dialoog met onder meer de ambtenaren van VWS sterk verbeterd” .
Een schitterende manier om te zeggen dat je niets hebt bereikt!
En dát er niets bereikt is, is wel duidelijk, want inmiddels kennen we het schamele, zo niet beschamende resultaat van een Indische pleisterplaats (wat een vreselijk feodale term), waarmee de VOC mentaliteit van de Nederlandse overheid maximale publiciteitswinst behaalde toen de zogenaamde, al dan niet zelfbenoemde leiders van de Indische gemeenschap, zich uitputten in lovende dankwoorden aan het adres van de staatssecretaris voor die prachtige geste. En ook nu was het notabene weer tijdens een herdenking, ditmaal de officiële herdenking in Den Haag op 15 augustus j.l.,
En dat terwijl de bekostiging van die Indische Pleisterplaats niets meer dan een sigaar uit eigen doos is. Verkregen over de ruggen van de Indische Nederlanders die voor Nederland gevochten hebben, maar daarvoor door de Nederlandse overheid nooit betaald zijn. Want die Nederlandse onderdanen wachten nu al ruim 70 jaar nog steeds op hun niet uitgekeerde salarissen. Die mensen zitten zeker niet te wachten op die karige fooi van een nog immer feodale overheid. Die draaien zich alleen in hun graf om vanwege zoveel onrecht.
Mijnheer Hille Ris Lambers, u schrijft: “Dat de heer Delhaye tot dusver gepast terughoudend is geweest in het antwoorden op eerdere laakbare uitlatingen valt in hem te prijzen”.
Maar nee Mijnheer Hille Ris Lambers, dat valt juist niet in hem te prijzen. Hij is alleen maar terughoudend geweest omdat hij de discussie niet aandurft over zijn functioneren. Dat is omdat hij te bang is om de echte confrontatie aan te gaan. Hij heeft zich door Han Dehne laten verleiden tot het doen van bepaalde uitspraken waaruit zonneklaar blijkt dat hij mensen voor zijn karretje spant. En u bent daar kennelijk ook één van.
Silfraire Delhaye besluit met de woorden: ”Maar een ding wil ik jou wel informeren [Han Dehne]. Het IP sluit de rijen……en staan geheel achter hun Japans-Indische voorzitter!”
Met een uitroepteken nog wel. Je moet maar durven.
Maar mijn vraag aan alle organisaties binnen het Indisch Platform is: Voor wie zitten jullie eigenlijk in het Indisch Platform? Voor de Indische Nederlanders die vechten voor hun recht op niet betaalde salarissen en compensatie voor hun geroofde bezittingen of voor een Japans-Indische voorzitter die zich door de overheid heeft af laten schepen met een aalmoes?
Alles overziend en alle bereikte “resultaten” beoordelend kan ikzelf toch tot geen andere conclusie komen dan dat niemand anders dan Silfraire Delhaye zèlf, zich als voorzitter heeft gediskwalificeerd.
Wanneer vallen de schellen van de ogen?
#indischekwestie